Imkers op reis: locatie zoeken voor bijenstal in Kenia
Door Frank Leenen
Voor de organisatie CINOP global reisde ik dit voorjaar naar Kenia. Hier is in Molo het Baraka Agricultural College (BAC) gevestigd. In opdracht van NUFFIC ondersteunt CINOP de staf van het college in het ontwikkelen van een verbeterde opleiding in duurzame landbouw en plattelandsontwikkeling. Natuurlijk is bijenteelt een belangrijke component van een dergelijke opleiding en daarom werd ook een expert in (tropische) bijenteelt gevraagd om extra inhoudelijke inbreng te leveren.
Samen met de leraren van BAC was het plezierig werken aan het ontwikkelen van een lesprogramma. Onder de bezieling van een ervaren projectleider van CINOP, Leonoor Akkermans, werd in ongeveer een week tijd een overzicht opgesteld van de kennis en vaardigheid die een ondernemer in bijenhouderij nodig zal hebben in de Keniaanse situatie. Dat overzicht werd gemaakt, samen met een groot aantal ‘stake holders’, bijvoorbeeld mensen uit onderzoeksinstituten, van de overheid (landbouw) en vooral imkers die werkzaam zijn binnen de beroepsactiviteit van honingwinnen en -verwerken.
Het aspect van ‘de imker als ondernemer’, kreeg veel aandacht want in tegenstelling tot de Europese situatie, is in Kenia echt niemand geïnteresseerd in het houden van bijen als hobby … Als je in een land met een economie ‘in ontwikkeling’ tijd en energie stopt in een opleiding of een activiteit, dan doe je dat om geld te verdienen: brood op de plank of honey is money!
Nadat we, met de inbreng uit de praktijk, een overzicht hadden gemaakt van wat een leerling in de lessen bijenteelt zou moeten kennen en kunnen, was het tijd voor het maken van de lessenplannen.
Ik maakte een aantal voorbeeldlessen en gaf die aan de leraren van BAC, een training aan de trainers. Zo kwam ook een belangrijke les uit het curriculum aan de orde: het kiezen van de plaats van je bijenstand. Zeker wanneer je met de Afrikaanse bijenrassen als Apis mellifera scutellata of Apis mellifera monticola werkt, vraagt het kiezen van de plaats van een bijenstand extra aandacht. Een agressief bijenvolk kan letterlijk levensgevaarlijke situaties opleveren voor mensen en dieren.
Ik koos dit keer niet voor de traditionele lesvorm in het leslokaal of op de educatieve bijenstand van de school, maar kondigde aan op excursie te willen gaan. Dat had heel wat voeten in de aarde. Het maken van afspraken met een te bezoeken bedrijf, het regelen van een auto, chauffeur en brandstof bleken stevige drempels te zijn om een groep van acht trainers het veld in te krijgen … Het was duidelijk dat mijn ‘leerlingen’ niet allemaal even enthousiast waren om zoveel tijd en moeite te gaan besteden aan een excursie als we toch ook gewoon even konden opsommen wat de aandachtspunten waren bij het opzetten van een apiary of bijenstand?
Maar twee dagen later, met maar een uurtje (!) vertraging, vertrok ik met de min of meer complete groep toch op een echte excursie. Ondanks het eerdere gesputter over zo’n omslachtige lesmethode, zat de stemming er goed in. Met een vragenlijst in de hand bezochten we twee verschillende imkergroepen die al langere tijd succesvol hun honing op de lokale markt brachten. Tijdens het nabespreken van onze excursiedag was iedereen het erover eens: een imker die enthousiast tussen zijn eigen kasten vertelt en vragen beantwoordt, levert de ideale lessituatie op voor het onderwerp ‘locatie kiezen voor je bijenstand’. Daarvoor moet je dus het leslokaal uit en echt het veld in, op bezoek bij verschillende bijenhouders.
Een ‘gewone’ imker kan dan zomaar de beste (praktijk)docent blijken te zijn!